vrijdag 15 oktober 2010

Zorgverlening

De afgelopen dagen stonden in het teken van zorg. Een van mijn wijkbewoners had meer en meer zorg nodig, zorg in de ruimste zin van het woord. Zowel huishoudelijk als geestelijke ondersteuning waren nodig in het gezin.
Als wijkagent zag ik langzaam verslechtering van de toestand van betrokkene. Op zo'n moment is je positie in je netwerk uitermate belangrijk. Je kunt direct contact leggen met de juiste zorgverleners. Zo ook in deze situatie, direct heb ik contact gezocht met thuiszorg en de GGZ, beiden hebben hun eigen taakgebied, maar samenwerking tussen hen is essentieel. Er zijn afspraken gemaakt voor regelmatige bezoek van de wijkagent, maar veel belangrijker, een intensivering van de ondersteuning van de zorg van de GGZ.
Ondanks alle inspanningen is een explosie van emoties soms niet te voorkomen en zag ik mij, deze week, genoodzaakt om betrokkene aan te houden en in te laten sluiten. De veiligheid 
van  betrokkene en zijn omgeving stonden onder druk en ingrijpen was onvermijdelijk.
Op basis van het strafrecht wordt dan ingegrepen, maar het zorgtraject wordt meteen naast het strafrechttraject opgestart. Dit hoeft elkaar niet bijten.
Ook dit is een vorm van zorg, ik heb dan de mogelijkheid om betrokkene te laten beoordelen door de psychiater van de crisisdienst, waardoor mogelijk plaatsing in een andere setting dan de woonomgeving georganiseerd kan worden. Vaak zie je dan dat mensen het hier niet mee eens zijn, maar de zorg voor hun welzijn staat voorop.
Ik heb deze week intensief samengewerkt met de genoemde zorgdiensten, het kijken in andermans keuken is goed voor de beeldvorming, waarbij ik begrip heb gekregen voor  de  mogelijkheden maar ook de onmogelijkheden van zorgverleners.
Gelukkig weet ik dat mijn wijkbewoner op een plek is waar zorg wordt verleend die betrokkene zichzelf niet meer kon geven, maar die wel uiterst nodig was.